woensdag 13 oktober 2010

Waarom gaan jongeren niet naar klassieke concerten?

In mijn concertterritorium is de gemiddelde leeftijd van de bezoekers minstens 68 jaar. In Rotterdam, De Doelen, valt het nog mee. Daar schat ik het op 64. In Den Haag op 67 en in Amsterdam op 72 jaar. Echt jonge concertbezoekers zie je er bijna niet. Hooguit eentje aan de hand van oma of opa. Hoe komt dat en wat kunnen orkesten en zaaldirecties er in dezer moeilijke tijden aan doen om het publiek eens echt te verjongen?

In Engeland worden elk jaar gedurende 3 maanden de BBC Proms  concerten gehouden. Vanuit het hele land – en vanuit het buitenland – worden ze bezocht door muziekliefhebbers van alle leeftijden. Grote orkesten en beroemde dirigenten en solisten zijn er van de partij. Alle klassieke genres, van echt oude muziek in authentieke uitvoeringen, tot hedendaags werk, vaak ook premières van recente composities. Toch blijft de rest van het jaar het jonge publiek ook in Engeland weg. In de fraaiste nieuwe muziekcentra zoals in Birmingham, Manchester en Glasgow, is het publiek al even oud als hier.
Versterk de muziek elektronisch en serveer er een biertje bij!
Een hedendaagse componist, Jonathan Harvey, heeft nu in Engeland de knuppel in het hoenderhok gegooid. ‘Maak concerten minder formeel, laat bezoekers rondlopen en een biertje drinken en versterk de muziek elektronisch, zodat ze meer op rockconcerten gaan lijken’, is zijn betoog. Je kunt je voorstellen dat de discussie in de serieuze bladen en kranten niet uitblijft. Richard Morrison, chef crititicus van de Times betoogt in BBC Music Magazine dat er voor de ideeën van Harvey veel te zeggen is, maar dan in experimentele vorm. Wie van een concert wil genieten zonder gestoord te worden door rondlopende en kletsende bezoekers – hooguit door gekuch en geproest -  moet ook bediend blijven worden, vind Morrison. Maar dat biertje wil hij best drinken tijdens het concert…
Kan er iets gedaan worden aan de lengte van de muziekstukken?

De vraag is: komt er in Nederland ruimte om structureel te experimenteren met klassieke muziek, zodat de programma’s aantrekkelijker worden voor jongeren? Kan er wat gedaan worden met de lengte van de uitgevoerde stukken? Kunnen concerten informeler worden, met swingende toelichtingen, begeleiding van filmbeelden, elektronisch versterkte effecten, etc? Als je kijkt naar de belangstelling en het enthousiasme van het gemêleerde publiek tijdens Uitmarktconcerten en Prinsengrachtconcert – om nog maar te zwijgen over tal van regionale initiatieven – dan moeten er kansen zijn voor vernieuwing.
Zou het in deze tijd van crisis en bezuinigingen niet aardig zijn als de grote gezelschappen en de zaaldirecties zich eens over dit soort vragen zouden buigen?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten